Om half 8 zitten we aan het ontbijt met uitzicht op de besneeuwde toppen van het Kaukasus gebergte. Het ontbijt is wederom erg uitgebreid. Klokslag half 9 vertrekken we voor onze excursiedag. We verlaten Telavi en langs de weg staan allemaal fruitbomen en wijngaarden. Rond 9 uur zijn we bij de grootste kathedraal van Georgie,
De Alaverdi kathedraal. We maken een fotostop en lopen naar de kathedraal.Tot mijn verbazing mogen Ronald en ik niet naar binnen. We hebben een driekwart broek aan en de conservativeling aan de deur vindt dit niet gepast. Ik rits snel het onderste deel van de pijpen aan mijn broek en ga naar binnen. In de kathedraal zien we mooie fresco’s. Helaas mogen we geen foto’s maken.
Er wordt voorgebeden door een priester die met zijn mobieltje speelt. Omdat er een Georgisch orthodoxe dienst begint, moeten we de kathedraal verlaten. Na tien minuten staan we al weer buiten. Dan rijden we naar het IkAlto academie, het grootste Middeleeuwse educatieve centrum, gebouwd door David de Bouwer. De kerk is prachtig gerestaureerd en het interieur is sober maar mooi.
Buiten zijn de restanten van de academie zichtbaar. Een erg groot contrast. Bezienswaardig zijn de urnen die zowel boven de grond als ingegraven staan. Vijf over half elf vertrekken we en gaan op weg naar ons volgend doel. Het nonnenklooster. Bij het nieuwe klooster worden we door een non goed in de gaten gehouden of we geen foto’s maken.
De fresco’s zijn mooi.
Dan wandelen we een half uur naar het oude klooster. Dit is klein en vervallen. Om half een zijn we terug bij de bus en rijden we naar de plaats voor de lunch die bij de reissom is inbegrepen. Het is ruim een uur rijden naar Gavazi. Hier staat bij een familie de lunch klaar. De tafel is al gedekt. We krijgen twee stukken gegrild vlees dat overheerlijk is.
Verder salade, gevulde paprika, tomaat, aubergines, kaas, brood en nog veel meer. Op de tafel staan flessen witte wijn. Het is dezelfde bocht als gisteravond. Daarom bestellen we allebei bier. Dit moet bij de buren gehaald worden. De tafel wordt steeds bijgevuld. Als toetje krijgen we honing, peren, pruimen en watermeloen. De jongste dochter geeft nog een serenade weg.
Met een goed gevulde maag vertrekken we om kwart over drie richting de wijnproeverij. We worden hartelijk ontvangen door de wijnboer, zijn vrouw en hun kleindochter. Ze spreken geen woord Engels. De wijn zit in vaten onder de grond. We mogen een glaasje witte en rode proeven. We zijn er allebei niet kapot van. Het is vier uur geweest als we doorrijden naar het kasteel Gremi.
Het is een stevig klimmetje naar de ingang van het kasteel. Eerst bezoeken we de kapel met mooie fresco’s. Een priester met baard en staartje leest gebeden voor. Dan klim ik voor twee Lari de klokkentoren op. Vanaf boven heb je een prachtig uitzicht over het Georgische landschap. Er is ook een zaaltje met werktuigen. Het museum is klein en duur.
We lopen nog naar de zwavelbaden maar het restaurant slaan we over. Om kwart voor zes rijden we terug naar ons guesthouse waar we een half uur later aankomen. We nemen allebei een verfrissende douche en gaan op de veranda lezen en kletsen. Natuurlijk neem ik er een biertje bij. Om half 8 gaan we dineren.
Het is minder overvloedig dan gisteren maar er blijft genoeg over. Het is wederom lekker. We drinken allebei bier en het is opvallend dat niemand van de groep wijn drinkt. Om tien uur gaan we naar de kamer. We lezen nog wat en gaan dan slapen. Het was een mooie maar vermoeiende dag.