Holy Moses, de wekker gaat om half 6. Vandaag verlaten we de Okavangodelta. Om 6 uur is er ontbijt, niet voor ons, want de afvaart is al om half 7. Het is nog stikdonker en als dan ook nog alle licht uitvalt, wordt het aankleden op de tast. Gelukkig was alles al ingepakt en lagen de kleren klaren. Veel kleren, want we moeten in alle vroegte twee uur varen. Ingepakt als Eskimo’s verlaten we, uitgezwaaid door de bemanning, de Inyakuni. Het grootste deel van de tocht is het redelijk koud, maar het laatste stuk ijzig.
Bij aankomst in Sepopa wacht ons een onaangename verrassing. De bus van de andere groep is nog steeds stuk en daarom moest onze bus naar N’Gepi. Gelukkis daar André met zijn Zulu Safari Truck, die bereid is om de hele groep 600 kilometer verder, naar Chobe te brengen. Dit is het echte werk. Bagage snel overladen en hup de truck in klauteren. We zitten dwars en dat is wel even wennen. Net als het rijtempo. Om half 10 scheuren we weg. We hotsen botsen. Takken slaan tegen het dak en de ramen. Met een gemiddelde snelheid van 100 km/uur racen we door Botswana. Tijd om te stoppen is er bijna niet. André heeft haast, hij wil vanavond ook nog zover mogelijk terug rijden. Bij een supermarktje stoppen we even. Phons maakt het laatste kleingeld op aan een flesje Tafel. Hup, hup de truck in, tanken en weer verder over de eindeloze rechte wegen.
In Katima Mulilo stoppen we voor een grote, drukke supermarkt om te plassen. We mogen met z’n allen door een groot magazijn. Daar zijn twee vieze wc’s. 15 minuten later kunnen we verder. Nog 50 kilometer en dan zijn we aan de grens Botswana – Namibië en een poos later Namibië – Botswana. Maar voor we de laatste grens mogen passeren moeten we over een ontsmettingsmat en de bus door plas. Dit in verband met mond en klauwzeer. Nog 57 kilometer voor de boeg naar Kasane. Hè hè we hebben het overleefd. Om 17.15 uur zijn we bij de Chobe Safari Lodge. Snel alles eruit, André bedanken en een tip geven (al was niet iedereen het daarmee eens), en zoef weg is hij. André had nog een uur om de grens te halen.
Bij de ontvangst kregen we een perziksapje en sleutel 36 van onze rondavel. Wow, die is gaaf. Groot, gezellig en aan de rivier. De tassen zijn er nog niet, dus gaan we samen, naar goede gewoonte, eerst de bar opzoeken. Daar genieten we met een Tafel en een wijntje van een prachtige zonsondergang. Dan is het tijd om te douchen. Daar knapt een mens van op. Opgefrist en vol Deet gaan we naar het restaurant. Dat is buiten. We vinden een tafel voor twee en bestellen een lekker flesje wijn. Salade en springrol vooraf. Bij de skottelbraai laten we de kok roerbakken. Helaas was het rundvlees taai. Het toetje was smullen. Chocomousse met peren en gebak voor Phons. Het diner was heerlijk, maar dat mag ook wel voor $20 per persoon. Het laatste glaasje wijn nemen we mee naar de bar.
Als we om half 10 terug zijn bij de rondavel, genieten we op de veranda nog van alle geluiden. En ja hoor, de hippo’s zijn present. Ze maken best veel geluid. Dat is het!!
Maar om 10 uur gaan we toch maar slapen. Het wordt morgen erg vroeg dag. Het het geluid van kikkers, krekels en hippo’s vallen we snel in slaap.