Astrid wilde om 5 uur vertrekken voor de boottocht over de Ganga (=Ganges). Omdat de meerderheid van de groep dit te vroeg vindt, gaan we om 6 uur. Half 6 loopt de wekker af, en het is opvallend, hoe makkelijk ik zo vroeg op kan staan. Dat is thuis wel anders. Als we het hotel uitlopen vechten de fietsriksjarijders om klanten. Een ouwe dibbes wil zelfs de band van zijn collega leeg laten lopen, omdat Jantien en Vincent niet bij hem instappen. Rond 6 uur is Varanasi al aardig ontwaakt. Na 20 minuten schudden worden we gedropt en betalen 30 roepies. Het is nog een klein stukje lopen naar Dasaswamedh Ghat, waar de boot voor ons klaar ligt. We roeien eerst stroomopwaarts. Door de krachtige stroming met draaikolken is dit zwaar werk.
We zien de pelgrims zich wassen in de Ganges. Deze heilige rivier wordt gebruikt om te wassen, baden en drinken, tanden te poetsen, lijken te dumpen. Ja, wat eigenlijk niet ? We varen langs een aantal Ghats en genieten met volle teugen van dit vroege schouwspel. Na drie kwartier roeien wordt de motor even aangezet en varen we naar het middengedeelte van de rivier. Op de stroming glijdt Varanasi aan ons voorbij.
Het is hoog water, maar het peil is aan het zakken. We leggen nog even aan bij Burning Ghat, waar ik op mijn donder krijg, als ik van te dichtbij een foto wil maken. We zien de “eternal flame”, die als bron dient voor alle brandstapels. Dan springt Marianne aan boord, die de rest van de excursie meegaat. Ton en Pauline zijn ziek en Frans is moe. Zij zijn er vandaag niet bij. Als we naar de kade varen zien we nog een lijk voorbijdrijven.
We gaan aan wal en lopen naar een restaurant met dakterras, waar we van een welverdiend ontbijt gaan genieten. We bestellen allebei 2 fried eggs on toast, een cola en een big pot of black tea. Het is een beetje aan de vettige kant, maar het smaakt prima. Voor 120 roepies zijn de magen gevuld. We hebben een prachtig uitzicht over de oudste stad van de wereld, die niet vernietigd is. Jeruzalem is ouder, maar een paar keer verwoest geweest en opnieuw opgebouwd. We nemen voor 200 roepies een motorriksja nar Sarnath. Dit is de plaats waar Buddha onder een bodi-boom verlichting kreeg.
Onderweg wordt Frans opgepikt en na zo’n 3 kwartier, met gevaar voor eigen leven, komen we op de bestemming aan. De chauffeur reed als een gek, keihard en overal voorrang nemend. Het verkeer is één grote chaos en alles krioelt door elkaar. Omdat we met Kees en Irma als eertsen aankomen, en we moeten wachten op de rest, drinken we op een klein terrasje een cola van 12 roepies. Astrid heeft een oud mannetje als gids geregeld. Hij vertelt zeer gedetailleerd het verhaal van Buddha en geeft informatie over het boeddhisme.
We bezoeken een aantal tempels, waaronder een Japanse en zien de derde generatie bodi-boom, waaronder Buddha verlicht werd. José neemt 2 afgevallen blaadjes mee om te drogen. We lopen naar een grote stoepa en wandelen nog wat rond. Dan maakt Astrid een einde aan de rondleiding. Iedereen vindt het genoeg geweest. Bij een stalletje kopen we een Vishnu-beeldje voor 10 en een Buddha-tableautje ook voor 10. De opdringerige handelaren, die met je meelopen, vragen hiervoor het tienvoudige.
De motorriksja brengt ons in 20 minuten terug naar hotel
Pradeep. Het was weer net zo spannend onderweg. We zijn flink bezweet en onder het stof en nemen eerst een verfrissende douche. Dan eten we in het restaurant een heerlijke tomatensoep en drinken een paar pilsjes. Omdat we geen zin hebben om weer de drukte in te gaan, besluiten we om een paar uur op bed te gaan liggen. De warmte en het drukke programma zijn vermoeiend en daar mag je af en toe best even aan toegeven.
Ik zet de wekker op 5 uur. Als ik lig ben ik zo in dromenland. We worden allebei wakker van de wekker, kleden ons aan en gaan in het restaurant een pintje pakken. Daniëlle en Jeroen schuiven aan en later volgen Astrid, Jantien en Vincent. We besluiten hier ook maar te eten en bestellen een vegetable chop shuy en een vegetable chow mein. De chop mein is een beetje flets en er is geen sambal bij. We kletsen gezellig over voetbal, koetjes en kalfjes en gaan om 10 uur onze kamer opzoeken. De tassen prepareren, want morgen gaan we weer verder, en dan lekker slapen.