Om 6 uur worden we wakker van de oproep van een iman. We blijven nog even liggen en om half 7 staan we op. Als we om 7 uur bij de receptie staan, komt de chauffeur van de helikopterfirma al aanrijden. De rest zit nog te ontbijten maar iedereen is om 7.15 uur paraat. Op de afgesproken tijd rijden we naar de heli airport. Het is een ritje van 4 kilometer en onderweg komen we onverwachts nog een kudde olifanten tegen.
Als we bij Batoka Sky aankomen worden de heli’s net naar buiten geduwd. We worden ingedeeld in 2 groepen van 6 en 1 groep van 3. Samen met Diederik, Marijke, Merel en Ada vertrekken we om 7.30 uur voor onze “flight of the angels”. We zitten allebei aan het raam en iedereen krijgt een koptelefoon op. Deze dempt het geluid en staat in verbinding met de piloot: Steve.
Soepel stijgt de heli op en de grond schuift onder onze voeten weg. In de verte zien we een grote rookpluim: de vic falls ofwel ‘Mosi-oa-Tunya’ (de rook die dondert). Het is zoals de afgelopen weken helder weer en we hebben een prachtig zicht over de falls. Dit is een geweldige belevenis en Steve geeft ons in het kort wat informatie. Als we over Livingstone Island vliegen zien we een giraffe en een olifant. Na een paar rondjes cirkelen zit ons kwartier erop en vliegen we terug naar de basis. Voldaan en woorden tekort komend stappen we uit. De volgende twee groepen vertrekken en wij kopen in het winkeltje een kaart met een heli boven de falls.
Daarna gaan we lekker in het zonnetje zitten. Exact om 8 uur komen de twee choppers terug. We kletsen nog wat en worden dan teruggebracht naar ons hotel waar we om 8.30 uur aankomen. We lopen direct naar het restaurant voor het continental breakfast: brood + jam + sap + koffie. Na het ontbijt ga ik met mijn creditcard de rekening van gisteravond betalen. Dit is een drama! Als uiteindelijk, na een half uur, de transactie geautoriseerd is, blijkt deze in dollars te zijn. 65 $ voor 195000 Kwacha. Voor het diner 140000 werd gisteren 62,50 $ gevraagd. Wat een oplichters. Pure diefstal. Het blijkt niet mogelijk om met de creditcard in Kwacha’s te betalen Daarom laat ik de slip kapot scheuren.
Om 10.00 uur vertrekken we met Aldo, Anneke, Wilma, Esther, Arno, Henk en Irene voor een rit naar het Zambezi Waterfront. Onderweg stoppen we bij een wisselkantoortje. Hier krijg if voor 1 $, 3750 kwachas. Dit is 21% meer dan in het hotel. We hebben snel 12 $ verdiend. Als we bij het waterfront aankomen worden eerst de formaliteiten voor de game drive die Wilma/John, Ester/Arno en Henk/Irene gaan doen, geregeld. Hierna gaan we op het terras een drankje nuttigen. Het is inmiddels 11 uur.
Voor mij een Mosi bier en voor José een witte wijn (15000 kwacha). Het is hier goed toeven en wijn het er allemaal over eens dat we beter hier een lodge gehad zouden kunnen hebben. Veel aangenamer dan in het onveilige Livingstone en op loopafstand van de falls. Jammerlijk is dit niet het geval. Aldo regelt dat de bus gewassen wordt en verzorgt zijn administratie.
Omdat het zo gezellig is vragen we om de menukaart. We bestellen allebei een beef burger en het gebruikelijke drankje. Het smaakt voortreffelijk en is de 18$ waard. Dan rijden we terug naar ons hotel waar we op onze patio in het zonnetje dit verslag schrijven.
Aldo moet een fax versturen en vraagt of we met hem naar het waterfront gaan. Dit doen we en we genieten op het waterfront terras van de Zambezi river. Op de terugweg reserveren we het restaurant voor het afscheidsdiner van vanavond: Ngomo Zanga African Restaurant.
Aldo is op zoek naar een Afrikaans shirt. In de winkeltjes slaagt hij niet. We gaan terug naar het hotel en lopen over de hoofdweg naar de Pep shop. Onderweg in een winkeltje ziet Aldo iets aardigs. We besluiten verder te zoeken. Nergens, ook iet in de Pep shop, slagen we. Dan op naar de markt waar de zweetlucht overheerst. De mensen zijn vrolijk en mijn Tiger Beer shirt trekt veel aandacht.
Op de markt overheersen de beeldjes verkopers. ER zijn weinig shirts in de verkoop. Daarom lopen we terug naar die ene shop met het bruin gele Afrikaanse shirt. (lees pyjama met muts). Het setje is te duur en het lukt Aldo niet iets van de prijs af te krijgen. Het is inmiddels 18.00 uur dus lopen we terug naar het hotel. Tijd voor een douche, die hebben we wel verdiend. Het is 20.00 uur als we bij Ngomo Zanga aankomen.
Een leuke ambiance en een dansgroep slooft zich uit. We worden buiten aan een tafel geplaatst. Gelukkig is José zo clever geweest om de fleece vesten mee te nemen. Het is drankje is van het restant van de lunchpot. Het buffet ziet er hoopvol uit maar de stukken beef en kip zijn alleen maar bot. Bij de vis zit de kop er zelfs nog aan. Dit is geen eten en ik heb voor 20$ een beetje rijst op. De sfeer is door de dansgroep opperbest en sommige reisgenoten vertonen hun kunsten.
De laatste kwachas (15000) betaal ik voor de drankrekening. Ik neem voor 2$ nog een Mosi pils mee voor op de kamer.
We rijden met de bus, in 2 minuten, terug naar het hotel. Zels met een groep vindt Aldo het niet veilig om ‘s-avonds over straat te lopen. Zambia is niet mijn land. Slecht eten (behalve de beef burger op het Waterfront), crimineel, corrupt en onveilig.
We hebben het vandaag laat gemaakt want het is 23.30 uur als we gaan slapen.