Na een onrustige nacht, het was erg licht in de kamer met 2 ramen zonder gordijnen, staan we tegen achten op. Eerst douchen en inpakken en dan ontbijten. Het sap en de koffie staan al klaar. Dan zet Helga gebakken spek en een grote pan op tafel. In die pan zit Dutch Babies, een joekel van een soort zoet brood. Het is heel apart en lekker. Van oorsprong is dit, volgens Helga, een Duits recept. We krijgen van haar een kopie van het recept en haar visitekaartje mee. Na het ontbijt pakken we de auto in en nemen hartelijk afscheid van Helga. Hier zouden we graag een dag langer gebleven zijn, maar wie weet komen we er nog een keertje terug.

ak126.JPG-for-webOm half 10 gaan we richting Tok. Bij de winkel, die we gisteren al hadden gezien, kopen we voor Phons een sweater eb voor thuis een Eskimo kerststalletje. Ook kan Phons er 10 minuten gratis internetten. Dan is het inmiddels kwart over 10 als we koers zetten naar Palmer. Eerst volgen we een stuk de Tok Cutoff. Af en toe stoppen we onderweg voor een foto. Het landschap is prachtig. Na 64 miles gaan we even de weg af voor een kop koffie. We komen terecht bij Midway Service. Het eenzame geval ligt in de middle van niks. Het is een winkeltje, camping, wasserette en met gratis koffie. De 2 dames binnen zijn erg vriendelijk.
ak-053De muur hangt vol jachtfoto’s, en pelzen en her en der staan opgezette dieren of delen ervan. Dan komt de baas binnen en we beginnen een gezellig gesprek met hem n.a.v. de foto;s. Hij, Jay en zijn vrouw Debbie Capps, zijn keiharde werkers. Ze jagen niet voor de fun, maar uit bittere noodzaak. Per jaar mogen ze 4 zwarte en 1 grizzlybeer schieten. Wolven zoveel ze kunnen. De beren en wolven zijn in dit gebied een bedreiging voor de mensen en ze hebben er ook voor gezorgd, dat er geen Moose meer rond lopen. Deze 2 mensen mogen het hele jaar door jagen. Andere mensen mogen maar 2 weken per jaar jagen en als ze dan een beer schieten, moeten ze 4 jaar wachten. Al het vlees wordt gegeten en de pelzen verkocht. Ook vertelde Jay, dat er nog maar 75 mensen in dit gebied wonen. De meesten zijn vertrokken, omdat het leven hier zo duur is. Toen er nog geen stroom was, moesten ze een aggregaat laten draaien. Dat ding kostte $3 aan diesel per uur. Deze man werkt dag en nacht. Per week 50 uur bij een elektriciteitsmaatschappij, brengt 3 keer per week melk in de afgelegen gebieden, gaat jagen voor zichzelf en met anderen. Petje af.

ak-052Maar we moeten verder. De gratis koffie is op en voor de vorm kopen we wat vergeelde kaarten voor een paar dollar. Dit is het echte Alaska.

We tuffen door en nemen tot slot de Alaska Highway One. De uitzichten verbazen je iedere minuut. Bomen, grasvlakten, meren en meertjes, bergen met of zonder sneeuw, de toendra. In één woord “amazing”. We krijgen ook nog mooie gletsjers te zien. Bij Matanuska Glacier stoppen. Wat een natuurkracht en pracht. Dan komt de voorspelde roadconstruction. We hebben weer geluk. We sluiten aan achter een lange rij en hoeven maar een paar minuten te wachten. Het kan ook gewoon 25 minuten duren. De weg is ontzettend slecht en het grote materieel is uitgerukt. Ze kunnen nog t/m/ september werken, dan komt de vorst en sneeuw. Tot een mile of 25 voor Palmer is het een rotweg om te rijden: smal, bochtig en nat.

ak-054Eenmaal in Palmer begint de ellende echt. We moeten naar B&B Tara Dell’s. Eindelijk hebben we Thrunk Road gevonden, maar geen Tara Dell’s. We zwerven rond. Bij een bedrijf willen we de weg vragen, maar er is geen mens te zien. Dan besluiten we naar het ziekenhuis te rijden,. Daar zullen ze de weg toch wel weten? Aan de overkant van de parking ontdekken we het Visitor Center. Daar aangekomen ( 2 voor half 7 ) is het dicht. Er staat nog een auto. We kloppen en bellen aan en het lijkt tevergeefs. Maar een mevrouw doet toch open en helpt ons. Eerst zoekt ze waar we moeten zijn en belt de B&B. met een stadsplattegrond gaan we op pad. Thrunk Road is erg lang, en in eerste instantie waren we toch op de goede weg. Kwart over 7 hebben we Tara Dell’s gevonden. We komen terecht bij een paar apart. Bij hem lijkt een steek los en zij ziet er niet uit. De B&B is een kast van een huis vol prullaria. Zelfs de kerstboom staat er nog, inclusief andere kerstversiering. We krijgen de blauwe kamer. Het bed is super king-size en de kamer erg netjes.

Net na ons arriveert een ander stel. Het zijn ook Nederlanders. Achter het huis op het terras maken we kennis met Wilma en Ben uit Schijndel. We kletsen even en dan gaan zij weg om te eten. Wij blijven hier en vullen onze magen met brood en bier. Als het gaat regenen gaan we maar slapen. Het is dan kwart over 10. het reuzenbed ligt heerlijk.

26 juli 2007 Tok – Palmer
Getagd op: