Om kwart voor 6 loopt de wekker af. Good morning Vietnam. De airco deed het vannacht zo goed, dat we onder een deken hebben geslapen. Het heeft flink geregend. Om 6 uur schuiven we bij het ontbijt aan. Thee, sapje en een flinke croissant. De keuken is nog dicht, dus geen boter, jam of eieren. De croissants nemen we mee voor in de bus.
Om half 7 stappen we in, rijden weg en staan al snel in de file.
Een file van brommers. Wat een gekrioel, een rivier van brommers. Om de beurt lopen we naar voren in de bus om dit beeld op de gevoelige plaat of geheugenkaart vast te leggen. Deze ervaring of dit gevoel zijn niet te beschrijven. Als het 10 voor half 8 is kan de bus tempo maken, richting Cu Chi Tunnels. Hier komen we om 8.15 uur aan.
Eerst kijken we naar een videofilm van een kwartier. Pure propaganda voor de Vietcong.
Bovendien is het geluid slecht. Na de film geeft Thuy uitleg over Cu Chi. Waarom was Cu Chi belangrijk en hoe werd in de tunnels geleefd? Als er geen vragen meer zijn koop ik in het winkeltje voor 20.000 VND een Zippo. Een leuk souvenir. Dan wandelen we de jungle in. Onze gids, een Vietnam guerilla, stopt en we mogen de ingang van een tunnel zoeken. We schuiven bladeren weg en een klein luik komt tevoorschijn.
De VC maakt het luikje open en springt in het gat. De deksel erop en hij is verdwenen. Dan komt hij weer naar boven. Ik pas hier waarschijnlijk niet in. Wilbert is dapper en kruipt ook de tunnel in. Het luik gaat dicht en de camouflage erop. Uit het gat klauteren kost Wilbert meer inspanning. Luus probeert het ook en gaat tot halverwege. Op eigen kracht kan ze er niet uit komen, dus wordt ze eruit gehesen.
Verderop zien we de valkuilen met bamboe spiezen en andere vallen die de VC gebruikten om de Amerikanen uit te schakelen. Midden in het oerwoud staat een Amerikaanse tank, waarvan het achterste gedeelte door een vertragingsbom is opgeblazen .De strijd in deze jungle tegen een onzichtbare vijand kon door de Amerikanen niet gewonnen worden.
We lopen naar de schietbaan, waar je kogels voor $ 1 per stuk kunt kopen. Ik koop 2 kogels voor een AK-47, het wapen van de Vietcong. De kogels voor de M-16, het wapen van de Amerikanen, is niet meer voorradig. Een schot met de Russische AK-47 geeft een flinke terugslag en produceert een geweldige knal. Wel een erg “leuke” ervaring.
Dan mogen de liefhebbers een stuk door de tunnels kruipen.
José en ik willen dit niet missen.
Dit deel is speciaal voor de toeristen breder gemaakt, maar op het einde is het toch behoorlijk smal. Het is erg vochtig en benauwd in de tunnel en als zwetende postpaarden komen we naar boven. Wat hebben die mensen daar afgezien. In een keukentunnel met opgebouwd dak drinken we thee en is er voor de liefhebbers tapiokawortel te eten.
Om 10 uur vertrekt de bus richting Cao Dai.
Als we uitgedampt zijn trekken we droge shirtjes aan en ritsen we de pijpen aan de broeken. Om kwart voor 12 zijn we bij de Cao Dai tempel, die in de Efteling niet zou misstaan. Eerst foto’s maken van de mensen en de tempel en dan de schoenen uit en naar binnen, want om 12 uur begint de mis.
De binnenkomst van de rode ( confusionisme ), de blauwe ( taoïsme ), de gele ( boeddhisme ) en witte ( cao dai ) gelovigen is indrukwekkend. Een bandje en een koortje zorgen voor de achtergrondmuziek en de gelovigen beginnen te kermen. Het is een eentonig geluid dat een uur voortduurt. Zo lang houden wij het niet vol. Na 20 minuten houden we het voor gezien, en rijden naar een restaurantje voor de lunch. We nemen een set-menu.
Iedereen hetzelfde: soep, springrols, loempia’s, groenten, omelet, boontjes, fruit en nog veel meer. Voor 40.000 VND per persoon hebben we weer goed gegeten. José ziet buiten bij een kraampje een SARS-kapje en kan de verleiding niet weerstaan. De schade is 2000 Dong.
Na 10 minuten rijden stoppen we bij een steenfabriekje. Het leuk om te zien hoe van klei stenen gemaakt worden. Het is zwaar werk.
Gelukkig hebben ze er een grote dieselmachine, die ze bij het werk helpt. José neemt een misbaksel mee voor op de WC plank. Tijdens de laatste etappe valt de hele busbevolking, behalve de chauffeur, in slaap.
Als we Saigon weer naderen staan we weer in de file.
Het schiet niet op, maar we vermaken ons met alles wat de bus passeert. Om half 5 zijn we bij het International Hotel. Moe lopen we naar het winkeltje en kopen bier (333 ) en cola.
We ploffen neer op bed en kijken even naar BBS-World. Lekker douchen en frisse kleren aan.
Om half 7 lopen we naar de Ben Than Market. We zijn al aardig bekend in Saigon en lopen er zo naar toe. De ingang van de markt is gesloten en iedereen is al aan het opruimen.
We lopen om het gebouw heen en aan de voorkant kunnen we nog naar binnen. Alles wordt in grote zakken ingepakt. Wat een werk.
José wil omkeren, maar ik wil naar de andere uitgang.
Een verkoper ziet onze interesse in kleding en begint shirts aan te smeren. Die willen we niet, maar hij heeft ook broeken. Nike Air xxxl. We zoeken twee verschillende kleuren en na flink onderhandelen nemen we ze voor 100.000 per stuk mee. De man heeft ook polo’s.
Voor een xxl moet een grote zak overhoop gehaald worden. We kiezen een zwarte en een donkerrode.
Na wat afpingelen nemen we deze ook voor 100.000 per stuk mee. Dan lopen we langs een horlogeshop die nog open is. Ik zie een mooie platte Rado met witte wijzerplaat.
De band heeft een degelijke sluiting. Kosten $ 45. De band wordt passend gemaakt, en op het scheiden van de markt gaan we met onze aanwinsten richting kathedraal. We wandelen door een brede straat en het stadhuis, met daarvoor het standbeeld van Bac Ho, is prachtig.
We besluiten weer bij Highlands Coffee op het terras neer te strijken. Goed eten, lekker bier, fijne muziek, prima stoelen en midden op straat tussen de mensen, wat kan het leven toch mooi zijn. Tegen tienen lopen we terug naar het hotel: Saigon by night. Scooters, kaartspelende vrouwen en mannen op straat. Heerlijk. In het hotel aangekomen passen we de kleren, pakt José de tassen in en kijken we nog even TV. Dan vallen we als een blok in slaap.